Week 11 - mannenpsalm 112

Psalm 112 wordt vaak gezien als de mannelijke tegenhanger van Spreuken 30. In de NBV gaat de psalm heel correct over ‘de mens’ in het algemeen, maar de oude vertaling en de NIV hebben het specifiek over de man. Zo lees ik zelf die psalm dus nog steeds graag. De psalm leent zich erg goed voor een periodieke training. In week 11 duiken we dieper de psalm in.

Bij de totstandkoming van dit hoofdstuk is er veel heen en weer gemaild. De kern daarvan is weergegeven in het boek. Hieronder een aantal ‘deleted scenes’ die de eindronde niet gehaald hebben. Waar het ons uiteraard om gaat is wat jij van deze Psalm vind. Spreekt het je aan, kun je er wat mee in jouw leven? Bespreek dat eens met jouw vrienden.

Vers 1

Vers 1: Halleluja! Gelukkig de mens met ontzag voor de Heer en met liefde voor zijn geboden.

Interessante gedachte. Ontzag is inderdaad een woord dat we niet vaak gebruiken. Staat er in het engels niet ‘fear of’? Heeft dus inderdaad te maken met een vorm van overgave aan iets groters. Wat mij intrigeert is dat ontzag voor de Heer als eerste komt. Zou het dan ook zo zijn dat de liefde voor zijn geboden automatisch volgt als er een diepe vorm van ontzag is? Als ik jouw impressie lees, Roel, dan lijkt dat ook te groeien gedurende jouw wandel met God en door het bestuderen van Zijn woord. 

Leuk om met die twee aspecten (ontzag en liefde voor zijn geboden) de komende tijd te stoeien. 

-Kris

Vers 2

En dan vers 2: ‘Zijn nageslacht geniet aanzien in het hele land, de oprechten worden gezegend.’ 

 

Vers 3

Nu dus vers 3: ’Rijkdom en weelde bewonen zijn huis, en zijn rechtvaardigheid houdt stand, voor altijd.’

Aan het eind van de maand is het altijd beknibbelen voor ons. We hebben niet te weinig. We hebben precies genoeg. Ik ben ervan overtuigd dat we ook precies genoeg zouden hebben als we minder zouden verdienen. Of als we meer zouden verdienen. En dat is denk ik omdat rijkdom en weelde ons huis bewonen. Mooi wat jij zegt Roel, over de bewuste keuze om 10% weg te geven. Ik weet niet of we daar aan komen. Maar hoe weinig we ook hebben, zolang rijkdom en weelde in ons huis wonen (ook om te delen) hebben we altijd voldoende!

– JaapJan

Vers 4

In vers 4 staat: Hij straalt voor de oprechten als licht in het duister, genadig, liefdevol en rechtvaardig.

Mooi, ook die link met licht. Licht heeft ook het grootste effect in het duister. Net als zout in het eten gegooid moet worden en daarna ‘verdwijnt’ moet ik met mijn licht ook in mijn omgeving gaan staan. In de plek waar in woon. Met mijn buren, de mensen in de rij bij de kassa, de ouderen die vaak langs ons huis rollen (we wonen bij twee senioren complexen en onze stoep is deel van de rollator-route). Over vermanen gaan we het in week 15 nog hebben, dat is ook iets waarin ik zelf nog iets te meegaand ben.

-Kris

Vers 5

Vers 5 gaat als volgt: Goed gaat het wie genadig is en vrijgevig, wie zijn zaken eerlijk behartigt.

Lekker praktisch zo. Komt dus neer op genadig, vrijgevig en eerlijk zijn. De regels van Gods Koninkrijk zijn wel vaker omgekeerd dus op zich te verwachten. In week 27 gaan we concreet in op geld en hoe daarmee om te gaan. Zelf vind ik het enorm inspirerend om op deze manier ook echt mijn geloof te leven.

-Kris

Vers 6

En dan vers 6: De rechtvaardige komt nooit ten val, men zal hem eeuwig gedenken.

Tja, herkenbaar. Helaas ook gevallen en fouten gemaakt. Misschien ontbreekt er iets aan mijn rechtvaardigheid? De invloed van Christus rechtvaardigt ons. Hoe zie jij dat JaapJan?

-Kris

Vers 7

Vers 7: Voor een vals gerucht zal hij niet vrezen, hij is standvastig en vertrouwt op de HEER.

Vers 8

Wat vinden jullie van vers 8: Standvastig is zijn hart en zonder vrees. Aan het eind ziet hij zijn vijanden verslagen.

Vers 9

En ook geven komt weer aan bod in vers 9: Gul deelt hij uit aan de armen, zijn rechtvaardigheid houdt stand, voor altijd, hij zal stijgen in aanzien en eer.

Geven is een moeilijk iets in onze samenleving. Zou het hier trouwens alleen gaan over armen in termen van geld? Of zou hier ook bedoeld zijn: armen in termen van geestelijke of lichamelijke armoede? Waar we een licht voor mogen, willen, zijn. Wel een soort tegenstrijdigheid: als je meer geeft, stijg je in aanzien en eer. Ik neem dat hier een ander soort aanzien en eer bedoeld wordt dan we in wereldse termen bedoelen. Meer in geestelijke zin.

– JaapJan

Vers 10

Als afsluiting vers 10: Kwaadwilligen zien het met ergernis aan, ze verbijten zich en verliezen de moed, al hun plannen gaan op in rook.

Inderdaad: mooi verwoord. Ben benieuwd of het hier gaat over mensen of over de geestelijke wereld. Hoe dan ook: ik sluit me volledig aan bij Kris. Dit is misschien wel de kern van de strijd. We kunnen winnen!

– JaapJan


Bestel het boek

Bestel