Week 39 - de kerk als sportschool

door Ruben Altena

Hoe moet de kerk functioneren? Daar gaat week 39 over. 

Inspiratie voor bij het boek. 

In het boek is een citaat van Arjan Doornekamp opgenomen uit zijn getuigenis. Een mooi verhaal waarin ook de rol van de kerk en de gemeente naar voren komt. Hieronder staat zijn hele getuigenis:

Vandaag precies 3 jaar geleden kwam ik voor het eerst een kerk binnen gelopen, en wel deze. Ik weet nog goed hoe ik toen, met heel veel vooroordelen, hier onwennig ging zitten. Want laten we eerlijk zijn. Het gangbare beeld van de kerk is toch een beetje dat het een leeglopende en oubollige situatie is, toch? Met een traag orgel, langzaam zingende oude mensen en een boos kijkende dominee. En religie? Een ingewikkeld geheel van regels waar je je aan moet houden. God? Wie? Ik geloof niet dat ik zoiets nodig had in mijn leven. Mijn leven was namelijk heeriijk simpel. En dat hield ik graag zo. Ik dacht niet te veel na over dingen. Tja, waarom zou je het jezelf moeilijk maken als het makkelijk kan? En ik zorgde er vooral voor dat ik gelukkig was. Dat doen we allemaal, toch? Mijn leven bestond uit veel vrienden, grote feesten, verre reizen, vrouwen, roken en mijn tijd zoveel mogelijk invullen met… makkelijk vermaak. Nee, sorry, waarom zou je kiezen voor iets wat je leven alleen maar gecompliceerder maakt?!

En toch zat ik daar. Precies drie jaar geleden. Waarom vraag je je af? Omdat mijn nieuwsgierigheid het won van mijn cynische blik. Er kwam namelijk een vrouw in mijn leven. Die vond God leuk. En haar vrienden en vriendinnen vonden God ook leuk. En ze leken totaal niet op het beeld dat ik had van iemand die geloofde. Ze waren jong, ambitieus, enthousiast. En ze dachten veel meer over dingen na… Vermoeiend. Maar ook wel prikkelend. Nooit heeft ze me meegevraagd naar de kerk. Nooit heeft ze zelf het gesprek over het geloof geopend of me bestookt met kritische vragen. Wel maakte ze andere keuzes. En was ze nieuwsgierig naar mij. Want waarom deed ik de dingen eigenlijk zoals ik ze deed? Simpel… het maakte me gelukkig. Dan vroeg ze me: “Echt gelukkig?” Nou, voor even. En waartoe dient het dan allemaal? Nou, voor mijzelf. En als het meezit geniet een ander er ook van mee. Maar als ik naar haar keek dan zag ik iets wat ik zelf miste. Een bepaalde rust, geven terwijl je er niets voor terug hoeft, het kunnen genieten van kleine dingen en een vorm van vreugde die ik niet begreep. En dat terwijl, toen we elkaar leerde kennen, er voor haar weinig was om vrolijk van te worden. Hoe kwam dat dan? Hoe leuk mijn leven ook leek, opeens wilde ik daar ook iets van. Het enige wat echt verschillend was tussen ons, was het geloof. En daar lag dus misschien wel het antwoord. En dus wilde ik naar de kerk. Het liefst met kerst, want daar had ik nog wel mooie herinneringen aan. En als het niets was had ik in ieder geval weer wat kerst-gevoel extra opgesnoven. Altijd meegenomen, toch? En die avond, kerstavond, drie jaar geleden, gebeurde er… niets bijzonders.

Alhoewel… het kerstgevoel was er echt en ik moest eerlijk bekennen dat er van mijn vooroordelen niets waar bleek te zijn. En dus had ik geen enkele reden om niet verder te gaan zoeken. Naar de vragen die ergens diep van binnen leefden en naar de antwoorden. En of die antwoorden misschien te vinden waren binnen het Christelijk geloof. En toen was het alsof er iets ontwaakt was, wat niet meer kon rusten. Maar belangrijker nog; mijn gevoel leek het over te nemen van mijn verstand. En daar zag God in mijn geval zijn kans.

Want langzaam verschoof mijn blik van mijzelf naar anderen. En van anderen naar “misschien wel meer”. En van “meer” naar God. En van God toch weer terug naar mijzelf. Hoe zag HIJ mij? Wie kan ik zijn voor HEM? Waarvoor ben ik hier? En daarmee had ik dus eigenlijk al besloten dat Hij echt bestaat! En dat als Hij echt bestaat dit consequenties zou hebben voor hoe ik naar het leven en naar mijzelf kijk.

En daar verdween mijn ik. Alsof ik hem achterliet te midden van een groot feest met schreeuwende ego’s. Niet langer hoefde ik mijzelf continu tevreden te houden met externe prikkels om maar iets te voelen. Niet langer hoefde ik te zoeken naar de volgende hype om mijn ego te voeden, die nooit genoeg leek te hebben. In plaats daarvan kwam er een diep gevoel van tevredenheid. Ik als mens ben zelf helemaal niet belangrijk. Ik ben gemaakt met een goede reden, maar hoofdzakelijk omdat ik blijkbaar nodig ben. Als mens, als man en als Christen. Op mijn werk met mijn patienten die zich verwonderd afvragen hoe zo’n jonge gast Christen kan zijn. In mijn vrienden-kring waar vrienden zich afvragen waarom ik niet meer mee op verre reizen ga of meega naar grote feesten. In mijn familie waar we moeten dealen met ziekte en eindigheid en hoe dit kan bestaan naast een lief de voile God. Is mijn leven versimpelt door God? Mijn hoofd zeker niet. Mijn hersenen draaien overuren. Maar nu gevoed door een bron die me meer laat kunnen dan ik zelf ooit had gedacht. Mijn leven bestaat misschien niet meer uit het leven van hoogtepunt naar hoogtepunt en kicks, maar ik ben nog nooit zo gelukkig geweest. Omdat mijn leven nu bestaat uit God dienen. En anderen gelukkig maken en uit samen met haar, inmiddels mijn vrouw, zoeken naar Gods wil voor ons leven en uitzien naar ons kleintje. En neem maar van mij aan, ik geniet nog steeds heel veel van vakanties en feestjes. Maar ik zou ze met liefde kunnen inruilen voor een gewone simpele door de weekse dag.

 

 

Geen Resultaten Gevonden

De pagina die u zocht kon niet gevonden worden. Probeer uw zoekopdracht te verfijnen of gebruik de bovenstaande navigatie om deze post te vinden.


Bestel het boek

Bestel